woensdag 3 juli 2013

Ontmoetingen met Maarten van Roozendaal

Slecht leesbaar? Check de pdf op mijn website
Zanger Maarten van Roozendaal overleed deze week op 51-jarige leeftijd. Ik was en ben een groot fan van hem. De humor, zijn fantastische, creatieve taalgebruik, zijn theatrale manier van doen: vanaf de eerste keer dat ik hem zag was ik verkocht. Ik heb hem, lang geleden alweer, twee maal geïnterviewd. Daaromheen heb ik een aantal keer met hem afgesproken. Mijn herinneringen aan die ontmoetingen wil ik graag delen met de liefhebber.

Mijn geheugen is niet best, maar het moet ongeveer de zomer van 1993 geweest zijn toen ik Maarten van Roozendaal voor het eerst zag optreden, in Utrecht op de Parade. Wat ik me nog wel goed herinner, is hoe fantastisch dat optreden was. Totaal gelukkig kwam ik de tent weer uit. Wat een energie, wat een creativiteit, wat een geniale stem. ‘Was ik maar dood, wat een gedoe, elke dag weer leven, het maakt me zo… moe’, is sindsdien een van de door mij meest geciteerde liedteksten.

Interview

Een jaar of vijf later kreeg ik de kans hem te interviewen. Altijd gevaarlijk, je held interviewen (ben je wel kritisch genoeg), maar het was voor mij een mooie manier om Maarten van Roozendaal te ontmoeten. Hij trad op in een klein theater in Utrecht. Of ik vooraf een hapje mee at met de jongens. Tuurlijk, graag. Maarten was open, vrolijk en kon zichzelf goed relativeren. Na afloop werden we samen terug naar Amsterdam gebracht door zijn technicus. Maarten had geen rijbewijs, gezien zijn drankgebruik misschien maar beter ook.

‘Zoals ik mijn teksten maak’

Het artikel dat ik naar aanleiding van de ontmoeting schreef, werd door Van Roozendaal en zijn vriendin Eva Bauknecht erg enthousiast ontvangen. Maarten beoordeelde het met de voor mij als beginnende schrijver fantastische, motiverende woorden: ‘Je schrijft je stuk zoals ik mijn teksten maak’. En Eva vond de beschrijving van haar man erg goed: ‘Het is helemaal Maarten’. Wow. Toen zij het stuk hadden goedgekeurd, heb ik het aan verschillende kranten aangeboden.

Vrij Nederland

Uiteindelijk wilde Vrij Nederland het publiceren. Weliswaar in zeer ingekorte vorm (minder dan de helft van het oorspronkelijke stuk), maar ‘we’ hadden er toch mooi een podium voor gevonden. Natuurlijk moest ik (weer) met de zanger de kroeg in om de nieuwe versie te keuren voor publicatie. Even dreigden we er een principe-zaak van te maken (het artikel was te rigoureus gesnoeid, VN was een ‘kutkrant’), maar Eva wist ons te overtuigen: ‘Jullie kunnen het allebei goed gebruiken om in Vrij Nederland te staan, dus haal de fouten eruit en wees blij.’ En gelijk had ze natuurlijk. Dit verhaal werd het

Altijd hartelijk

Na dat contact kwam ik hem nog wel eens tegen in Amsterdam Oud-West, waar we beiden woonden. ‘Hé lieverd’, was het dan altijd, om vervolgens twee slungelige armen om me heen te slaan en me af te lebberen. Altijd hartelijk, ook na de optredens die ik bezocht. En hoezeer ik hem ook bewonderde, de laatste tien jaar heb ik hem minder op de voet gevolgd. Andere bezigheden, druk druk druk, ik weet het niet zo goed, smoesjes. Het laatste optreden dat ik bezocht was Heimwee naar de dood, met Paul de Munnik, alweer een paar jaar geleden. Hij pakte me gelijk weer in.

Drie uur radio-interview

De laatste keer dat ik hem persoonlijk sprak was wel erg bijzonder: ik werkte als vrijwilliger bij de lokale radiozender Amsterdam FM. In de zomer van 2002 mochten de presentatoren elke zondagmiddag naar eigen inzicht een marathonuitzending maken van drie uur. Ik nodigde Maarten van Roozendaal uit en de goeierd kwam drie uur lang bij me in de studio zitten. Aan de hand van zijn optreden vlak daarvoor in het Vondelpark en met muziek uit een verzamelbox van 10 cd’s Nederlands cabaret, praatten Maarten en ik de tijd vol.

Mooi mens

Het programma was bepaald geen professionele radio (drie uur bleek ook erg lang), maar nu hij is overleden, denk ik met weemoed aan die middag terug. Met het overlijden van Maarten van Roozendaal verliest de Nederlandse kunstwereld een prachtig mooi mens, die in zijn liedteksten en in interviews soms cynisch, of toch zeker ironisch overkwam. En ook een man met geweldige humor, die met veel mensen bevriend was, makkelijk contact legde en zich geliefd maakte bij de vele gewone fans, artiesten, theaterdirecteuren en andere voorbijgangers in zijn te korte, maar intensief geleefde leven. 

donderdag 11 april 2013

Wandelen is het beste medicijn

Dit plaatje kreeg ik van een vriend die mijn slenterpraktijken volgt. Als Hippocrates het al zei, dan zal het toch wel waar zijn: wandelen is het beste medicijn.


donderdag 7 maart 2013

Gedwongen slenteren

Mijn kinderen kunnen als geen ander slenteren. Haast kennen ze niet en als ze al een duidelijk doel hebben, nemen ze in ieder geval niet de rechte weg ernaar toe. Gistermiddag bewezen ze dat weer eens toen we de eerste lekkere lentedag wilden vieren op Het Plein. Dat plein is het Van Beuningenplein bij ons in Westerpark (Amsterdam), een fijn stadsplein met voor elk kind wat wils en voor de ouders Paviljoen Van Beuningen.

Driewieler
Als ervaren slenteraar houd ik wel van een zigzaggende route, zonder tijdsdruk, met aandacht voor alle mooie en inspirerende dingen die je juist dan ziet. Maar ik moet eerlijk zeggen dat ik het soms lastig had, want dochterlief (2,5 jaar) had bedacht dat ze op haar driewieler naar het plein ging. En dat gaat wel heeel langzaam. D'r broer van vijfenhalf keek me onderweg regelmatig aan met een blik van verstandhouding: 'wat gaat ze sloom hè pap'.

http://www.facebook.com/paviljoenvanbeuningen/photos#!/photo.php?fbid=259677404070707&set=a.191490944222687.41472.146552665383182&type=3&theater
Ons slenterdoel, het Van Beuningenplein in Westerpark

Kijk met haar ogen
Loslaten, hield ik me voor, geniet van het moment, kijk met haar ogen naar de dingen die zij voor het eerst ziet. En vooral, zie er de lol van in. Dat lukte en zo werd het een heerlijk ontspannen tochtje. Onderweg zagen we hondenpoep, losliggende tegels, bloemetjes, een bord met ijsjes bij een snackbar ('pap, kijk, een raket!!') en nog veel meer moois, waar we steeds even bij stil stonden. Dus bereikten we een stuk later dan gepland onze bestemming. De kleinste slenteraar had dat allemaal niet door, de weg was tenslotte al die tijd al haar doel.


donderdag 14 februari 2013

Slenteren dus echt goed voor je gezondheid

Ik verkeer in goed gezelschap als ik zeg dat slenteren goed voor je is. Vandaag wijst weer een onderzoek het uit: slenteren beter voor je gezondheid dan sporten. Lees het zelf maar op nu.nl, de Volkskrant of in De Telegraaf.
Echt nieuws is het overigens niet, want het was een half jaar geleden ook al eens onderzocht door dezelfde onderzoeker. Toen schreef ik er natuurlijk ook over.

Deze onderzoeken hebben het overigens alleen over de fysieke kanten van slenteren. Wat mij betreft gaat het minstens zo veel om de mentale kant.

maandag 21 januari 2013

Slenterheld


Leon Giesen in de Kleine Komedie, 20-1-2013
Soms, in een onbescheiden moment, vind ik mezelf al een hele slenteraar. Maar je hebt altijd baas boven baas. Gisteravond zag ik hem weer en bij dezen kroon ik hem tot Slenterheld: Leon Giesen, die optreedt onder de naam Mondo Leone, is voor mij de ultieme slenteraar. Na elk optreden kijk ik een beetje anders naar de wereld. Meer open, nieuwsgierig, onderzoekend. Op zijn shirt stond wat hij is: wonderzoeker. Goed woord.

Romanticus
Wat hem zo speciaal maakt? Het is een romanticus die over alles wat hij om zich heen ziet of hoort, mooie verhalen maakt. In beeld, zowel foto als video, als in muziek en in gesproken tekst. Zo zegt hij het zelf: 'het blijkt dat ik de neiging heb om stil te staan bij zaken waar anderen aan voorbij lopen'. Mooi!

Zoektocht
Dat leidt bijvoorbeeld tot een verhaal over de man die in Londen platgestapte stukken kauwgom beschildert, of een zoektocht naar het verhaal achter de componist van het geluid van Amerikaanse treintoeters. Op zijn site staan nog meer van dit soort verhalen en paar prachtige filmpjes erover.

Er
Gisteravond in de Kleine Komedie speelde hij zijn nieuwe programma Gratis Rijkdom. De filmpjes hadden plaatsgemaakt voor foto's, de verhalen waren even inspirerend als altijd. Ik zie het als een pleidooi voor goed kijken, echt aandacht geven aan de mensen en de dingen om je heen, je blijven verwonderen. Mooie vraag in een liedje: 'Wat ben jij, hoe zie jij jezelf in een ding?'  Het beste slenterlied vond ik 'Er'. 'Het is hier, het is nu, je bent er'. Hier zie je 15 seconden, stiekem gefilmd vanaf de eerste rij. Hopelijk vindt mijn slenterheld het goed.



dinsdag 15 januari 2013

Slenteren in de sneeuw: hoezo gebaande paden?

We werden wakker in een witte wereld. En druk of niet, als er sneeuw ligt, moet er geslenterd worden. Eerst de kindjes op de slee naar school gesleept. 'Harder, vort, tsjik', hoorde ik constant achter me, dus mijn slentertempo werd niet echt op prijs gesteld. Daarna een wat rustiger rondje Westerpark geslenterd met mijn meisje. Zo mooi, dat in het wit gehulde park. En ook zo mooi, die gedempte geluiden.

Geheel nieuwe wegen
Omdat we vroeg waren, was een groot deel van de sneeuw nog niet betreden. Het verleidde ons tot het nemen van een route die we nog niet eerder liepen. Het ultieme slenteren: je wijkt niet zozeer af van de gebaande paden, maar creëert geheel nieuwe wegen. Ja, we stapten onderweg wat vaker in door de sneeuw bedekte plassen of kuilen, maar dat drukte onze pret niet.

Prachtige sneeuwfoto van Thomas Schlijper trouwens, kan haast niet missen op een dag als vandaag: http://schlijper.nl/130115-18-prinsengracht.photo

Dit zijn mijn perfecte slenterendoordesneeuwlaarzen:

donderdag 3 januari 2013

Slenter je al lang?

In de rustige dagen rond oud en nieuw zat ik met een vriend te praten over slenteren en over deze blog. We kennen elkaar al ruim twintig jaar, hij leest mijn teksten regelmatig, maar toch vroeg hij zich af waar het slenteren 'nu opeens vandaan komt'. Nou, bijvoorbeeld uit mijn studententijd, zoals ik hier al eens schreef. En dat is al behoorlijk lang geleden.

Latente slenterwens
In mijn eerste baan, als jurist bij een gemeente, voelde ik wel dat ik mijn carrière nog niet lekker was begonnen. Dus zocht ik naar wegen om het anders te doen, al had ik geen idee hoe. Toen ik werd uitgenodigd om in een special van het Nederlandse Juristenblad (NJB) over veelbelovende jonge juristen te schrijven over de toekomst van het recht, schreef ik in plaats daarvan een stuk over mijn latente slenterwens. Want ik wenste mezelf en alle andere naar grote carrières strevende juristen een creatief, geïnspireerd bestaan toe. En het tegendeel was het geval. Ik was net afgestudeerd, had een geestdodende (parttime) baan en vond mijn inspiratie in maar een activiteit: slenteren. Al noemde ik het nog niet zo, het was wel degelijk wat ik deed.

Creativiteit
De inspiratie die het slenteren me gaf, maakte dat ik een ding zeker wist: ik wilde schrijven voor mijn geld. Maar hoe? Geen idee. Tot ik in de Utrechtse binnenstad op zo'n wiebelbord voor een uitzendbureau stuitte met de vacature: 'Tekstschrijver voor de autobranche'. Dat leidde naar mijn eerste serieuze baan als tekstschrijver voor het magazine van Citroën. Ik schreef alles wat los en vast zat, van de accessoire-pagina tot reisreportages, begeleid door een strenge eindredacteur. Het was het begin van een werkend bestaan waarin creativiteit een vaste plek kreeg. Daar heb ik nog geen dag spijt van gehad. Dus ja, ik slenter al best lang en dat brengt me telkens weer op mooie, onverwachte plaatsen.